Bel ons nu English

Techniek aan het woord

Zonder techniek en software zou Sound of Data niet bestaan. Daarom hebben we verschillende mensen in huis die zich bezighouden met infrastructuur, back-end en front-end development. Hoe sluiten deze drie disciplines op elkaar aan? Peter, Glenn en Mitchell nemen ons erin mee en vertellen over hun belangrijkste uitdagingen en ontwikkelingen van het afgelopen jaar.

Drie verschillende disciplines

Als je geen verstand hebt van software-toepassingen en (telecom) infrastructuur, denk je al snel dat iedere techneut alles kan. Maar dat is zelden het geval. Er zijn tegenwoordig zoveel verschillende soorten toepassingen, dat het onmogelijk is alles te kennen. Mitchell: “De meeste IT’ers en developers zijn goed in een aantal soorten technologieën en begrijpen de basis van enkele andere talen. Daardoor kun je een brug slaan tussen verschillende toepassingen en deze met behulp van ieders expertise aan elkaar knopen.”

Systemen integreren

Het aan elkaar knopen gebeurt voor een groot deel in de backend. Dat is het terrein van Glenn Suierveld: “In de backend integreren we diverse onderliggende systemen en toepassingen om aan de wensen van klanten te voldoen. Maar dan heb je niet direct iets werkbaars voor gebruikers. Daar heb je frontend developers voor nodig. Mitchell kijkt dan vanuit hun perspectief mee hoe je het zo inricht dat het eenvoudig in gebruik is. ”

Verbeteringen versnellen

Een van de grote projecten van het afgelopen jaar was de volledige overgang naar PortaOne. We werken al een paar jaar met dit platform, maar nog niet alles werd vanuit PortaOne geregeld. Glenn: “We liepen steeds weer tegen het probleem aan dat het verwerken van wijzigingen in de PortaOne-portal veel tijd kostte. Alles moest handmatig gebeuren. Dankzij de inzet van ESPF (External System Provisioning Framework) hebben we hierin grote vooruitgang geboekt en kunnen wijzigingen nu veel sneller worden doorgevoerd.”

Van on-premise naar cloud

Een ander groot project was het uitfaseren van het datacenter op kantoor. Die infrastructuur valt onder het domein van Peter Mijnster: “Er draaiden nog een paar oude diensten on-premise op de servers. Dit jaar heb ik met Glenn en Thomas (Hazelaar) enkele servers anders ingericht, zodat uiteindelijk alles naar de cloud kon en ook de laatste servers in het datacenter konden worden uitgeschakeld. Inmiddels is die ruimte helemaal leeg, waarmee ook dit langlopende project is afgerond.”

Infrastructure as a code

Onze diensten draaien nu grotendeels in de cloud (AWS – Amazon Web Services) en nog deels in het datacenter in Amsterdam. Uiteindelijk is het de bedoeling dat alleen een klein deel in Amsterdam blijft en de rest volledig vanuit de cloud wordt geleverd. “Voor AWS heb je geen investeringen in nieuwe hardware meer nodig, dat scheelt tijd en geld. Daarnaast werkt het ook sneller door ontwikkelingen als Infrastructure as a Code. Hierdoor wordt alles beheerd op eenzelfde manier als bij softwareontwikkeling. Zo activeer je sneller nieuwe services, zoals bijvoorbeeld een voicebot, die bovendien kwalitatief beter en makkelijker te beheren is. Dankzij een combinatie van infrastructure as a code en de flexibiliteit van de cloud is het mogelijk om met de huidige omvang van het team toch de aanzienlijke hoeveelheid services, servers en componenten te beheren die we nu hebben draaien,” aldus Peter.

Veiligheid en toegang

Peter is ook degene die binnen Sound of Data over informatie-beveiliging en toegangscontrole gaat. “Voor vragen als wie mag waarbij komen en hoe we data het beste opslaan, kloppen collega’s bij mij aan. Bij het opslaan van gevoelige persoonsdata, zoals paspoorten van klanten die voor het aanvragen van lokale nummers nodig zijn, weet ik aan welke eisen de opslag en toegang moet voldoen zodat het veilig en werkbaar is.”

Een portal die fijn werkt

Met alleen de infrastructuur en backend ben je er niet; een goed functionerende frontend is net zo belangrijk. Dit is immers wat de gebruiker ziet en gebruikt. Mitchell Jansen: “Doordat de laatste diensten overgingen naar PortaOne en de backend werd aangepast, moest ook de frontend – onze eigen admin portal – opnieuw worden opgebouwd. In zo’n geval kruip ik in de huid van de eindgebruiker en stel ik vragen om goed te begrijpen wat zij nodig hebben. Het doel is uiteindelijk een portal te leveren die intuïtief werkt en zoveel mogelijk nuttige functies behoudt.”

Realtime wijzigingen tonen

Dat alles nu over is naar PortaOne betekent niet dat het werk gedaan is. Mitchell: “We hebben nog diverse verbeteringen in de planning waardoor wijzigingen die in de backend gedaan worden realtime in de frontend te zien zijn. Dat verhoogt de gebruiks-vriendelijkheid van de portal enorm. En dankzij een framework hulpmiddel als React kun je dat tegenwoordig veel sneller en met minder handmatig code schrijven voor elkaar krijgen.”

Onderlinge interactie

De samenwerking onderling vindt plaats via verschillende kanalen. Nu medewerkers afwisselend op kantoor en thuis werken, is het handig dat tools zoals Slack beschikbaar zijn. Glenn: “Veel communicatie onderling gebeurt via Slack. Soms om even snel af te stemmen of iemand beschikbaar is om te bellen. Dat is prettig als je geconcentreerd met code bezig bent en niet gestoord wilt worden. Daarnaast hebben we dagelijkse stand-ups en plannen we regelmatig sprints, zodat we goed op de hoogte zijn van elkaars werk.”